Tweede naheffing MRB tijdens schorsing

Tweede naheffing MRB tijdens schorsing

Tijdens de schorsing van het kenteken van een motorvoertuig hoeft geen motorrijtuigenbelasting betaald te worden. Daar staat tegenover dat gedurende de periode van schorsing niet met het voertuig gereden mag worden. Gebeurt dat toch en wordt dat geconstateerd, dan volgt een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting.

De Belastingdienst legde een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting op aan de houder van een kenteken van een personenauto. Deze aanslag werd opgelegd nadat de Belastingdienst informatie had ontvangen dat met de auto was gereden tijdens een periode van schorsing. Deze naheffingsaanslag werd vernietigd omdat de inspecteur twijfelde aan de juistheid van de verkregen informatie. Vervolgens werd een nieuwe naheffingsaanslag opgelegd omdat ook op een andere dag was geconstateerd dat met de auto werd gereden.

Toen de eerste naheffingsaanslag werd vernietigd wist de inspecteur dat de auto ook op een ander moment was gebruikt. Voor Hof Den Haag was dat aanleiding om de tweede naheffingsaanslag te vernietigen. Volgens het hof is het opleggen van een tweede naheffingsaanslag over hetzelfde tijdvak onder deze omstandigheden niet mogelijk. Dat oordeel is volgens de Hoge Raad niet juist.
Het is mogelijk om een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting op te leggen over dezelfde periode als die tweede aanslag berust op een ander feit dan de eerdere vernietigde naheffingsaanslag.

Lees ook eens ons artikel: Naheffing MRB tijdens schorsing