Statutair directeur BV is werknemer
Statutair directeur BV is werknemer
Een van de voorwaarden voor het bestaan van een civielrechtelijke dienstbetrekking is de aanwezigheid van een gezagsverhouding tussen werkgever en werknemer. Als de werkgever een rechtspersoon is, is volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad voor het bestaan van een gezagsverhouding met een natuurlijke persoon niet van belang welke personen deel uitmaken van het orgaan van de rechtspersoon dat instructies aan die natuurlijke persoon kan geven. Of materieel sprake is van een gezagsverhouding is bij die beoordeling niet relevant.
Dit betekent dat de statutaire directeur van een BV in dienstbetrekking werkzaam kan zijn voor die BV, ook al heeft hij de doorslaggevende zeggenschap in de algemene vergadering van aandeelhouders van die BV.
Er geldt echter een uitzondering voor de werknemersverzekeringen, waaronder de WW. Voor de toepassing van de sociale zekerheidswetgeving wordt de arbeidsverhouding van een directeur-grootaandeelhouder niet als dienstbetrekking beschouwd. Deze uitzondering deed zich niet voor bij een directeur van een BV die op grond van de statuten ontslagen kon worden door de algemene vergadering van aandeelhouders.
Tussen de BV en de directeur bestond een gezagsverhouding, ook al was de directeur indirect aandeelhouder van de BV. Het ontbreken van een materiële gezagsverhouding had niet tot gevolg dat de directeur geen werknemer was. Het UWV moet van de Centrale Raad van Beroep nogmaals beslissen op het verzoek om de betalingsverplichting van de BV jegens de directeur over te nemen na het faillissement van de BV.