BTW bezwaar vervolg
BTW bezwaar vervolg
Het vervolgverhaal BTW privegebruik auto
We hebben er al diverse malen melding van gemaakt in onze publicaties dat ook het 2e halfjaar 2011 wel eens tegen het EG recht in zou kunnen gaan en dat derhalve ook voor het 2e halfjaar 2011 in het bezwaar moet worden meegenomen. Wij hebben dat voor al onze relaties ook gedaan. Het draagvlak voor deze visie begint meer volgers te krijgen, getuige ook een publicatie in Fiscaal Totaal. Deze visie willen wij u dan ook zeker niet onthouden.
Uitspraak Hof Amsterdam
Hof Amsterdam heeft op 23 februari 2012 bevestigd dat de BTW-correctie vanaf 2009 altijd naar het forfait voor milieuvriendelijke auto's moet worden berekend. Binnenkort start een van de grote advieskantoren een procedure tegen de correctie voor 2010 en het eerste halfjaar van 2011. Op 16 februari 2012 heeft het Hof van Justitie van de EU in het Van Laarhoven-arrest de Nederlandse BTW-correctie strijdig verklaard met de Zesde richtlijn omdat niet wordt uitgegaan van het werkelijk gebruik. Beide procedures hebben geleid tot een wetswijziging per 1 juli 2011, maar is de nieuwe regeling wel EU-proof?
In de zaak voor Hof Amsterdam gaat het om een door een BTW-ondernemer in juni 2008 gekochte auto. Volgens de BTW-ondernemer werd in het besluit van de staatssecretaris van Financiën nr. CPP2009/109M een met het Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting (BUA) strijdig onderscheid gemaakt tussen milieuvriendelijke en -onvriendelijke auto's. De BTW-correctie zou voor alle auto's gelijk moeten zijn.
Hof Amsterdam (nr. 11/00539, LJN BV6981) bevestigt het oordeel van Rechtbank Haarlem dat de staatssecretaris feitelijk een begunstigend beleid ten aanzien van auto's met een lagere CO2-uitstoot heeft gevoerd. Volgens doel en strekking van het BUA zijn enkel de omvang van de op de auto drukkende voorbelasting en de mate van het privégebruik van belang. Niet relevant is derhalve het merk of type van de auto, waaronder begrepen de verschillen in technische specificaties zoals het verbruik van de auto. Er is sprake van gelijke gevallen zodat de BTW-ondernemer een beroep kan doen op de voor milieuvriendelijke auto's geldende begunstigende regeling. Het Hof oordeelt dat de begunstigende regeling niet geacht kan worden te berusten op een onjuiste rechtsopvatting en dat er ook geen objectieve en redelijke rechtvaardigingsgrond voor de ongelijke behandeling bestond. Evenmin acht het Hof aannemelijk dat die regeling bij een juiste rechtsopvatting achterwege zou zijn gebleven. De staatssecretaris van Financiën moet hebben beseft dat de begunstigende regeling in strijd was met het bepaalde in de BTW-richtlijn en met doel en strekking van het BUA.
Van Laarhoven Arrest
Het Van Laarhoven-arrest van het Hof van Justitie van de EU (nr. C-594/10) heeft betrekking op de BTW-correctie over 2006. Volgens Van Laarhoven vereiste artikel 11, A, lid 1, onderdeel c Zesde richtlijn dat wordt uitgegaan van een heffing naar de daadwerkelijk gemaakte kosten.
Het Hof van Justitie van de EU oordeelt dat de Zesde richtlijn (en dus ook de BTW-richtlijn; redactie) zich verzet tegen de Nederlandse BTW-correctie voor privégebruik van een auto van de zaak. Het is niet toelaatbaar dat onmiddellijke en volledige BTW-aftrek wordt toegestaan gevolgd door een forfaitaire correctie wegens privégebruik. Een correctie voor de met privégebruik samenhangende uitgaven moet op proportionele wijze rekening houden met de daadwerkelijke omvang van dat gebruik.
Visie staatssecretaris
Staatssecretaris Weekers heeft in reactie op de uitspraak van Rechtbank Haarlem en de (op dat moment nog steeds) lopende Van Laarhoven-procedure, de BTW-correctie per 1 juli 2011 gewijzigd. Er wordt als hoofdregel aangesloten bij het werkelijk gebruik door een fictieve dienst in aanmerking te nemen maar goedgekeurd wordt dat de fictieve dienst wordt vastgesteld op 2,7% van de catalogusprijs (inclusief BTW en BPM) dan wel 1,5% als een auto is aangeschaft zonder dat daarvoor recht op aftrek heeft bestaan (besluit van 20 december 2011, nr. BLKB2011/2560M).
Forfait mag niet
Uit het Van Laarhoven-arrest blijkt dat een forfaitaire BTW-bijtelling niet toelaatbaar is, wat de vraag oproept of het opnemen van deze goedkeuringen betekent dat ook de nieuwe regeling niet EU-proof is. Staatssecretaris Weekers heeft hier blijkbaar zijn twijfels over omdat hij bij de behandeling van het Belastingplan 2012 al heeft aangegeven dat het toepassen van de 2,7%-bijtelling nog steeds moet worden goedgekeurd door de Europese Commissie
Bron: Fiscaal totaal