Imago van belastingparadijs blijft aan Nederland kleven
Het een speelt zich af in Nederland en het andere op de Kaaimaneilanden. Ze vinden elkaar in een belastingconstructie tussen onze fiscus en Proctor & Gamble, genoemd in de Paradise Papers met daarin gelekte documenten over belastingparadijzen. Het nieuws komt naar buiten op het moment dat Nederland zich probeert te ontdoen van haar imago van belastingparadijs.
De nieuwe onthullingen dragen daar niet aan bij. Daarbij raken premier Rutte en consorten niet verlost van de discussie rond de afschaffing van de dividendbelasting, die multinationals moet paaien om in Nederland te blijven. Zetten de Paradise Papers de relatie tussen Nederland en de multinationals onder druk? En hoe zit het met de belastingontwijking van de gewone werknemer?
Vraagtekens rond de handelswijze van de Belastingdienst
En daar dook de Belastingdienst op in de Paradise Papers. Samen met Proctor & Gamble. Een inspecteur had belastingafspraken, zogeheten rulings, gemaakt met deze producent van huishoudelijke en verzorgingsartikelen. Hierdoor weten multinationals vooraf wat ze aan belasting moeten betalen. Een belangrijke reden om zich in Nederland te vestigen. De afspraken zijn geheim.
In het geval van Proctor & Gamble kon de onderneming onbelast 676 miljoen euro doorsluizen naar de Kaaimaneilanden. Daardoor liep de Nederlandse schatkist 25 procent aan winstbelasting mis. Dat komt neer op 169 miljoen euro. Het is niet de bedoeling dat slechts één inspecteur hierbij betrokken is. Een tweede handtekening onder de afspraak is vereist.
Het roept de vraag op of de Belastingdienst op deze manier meer afspraken heeft gemaakt.
Het terugdringen van de Nederlandse brievenbuscultuur
Het nieuwe kabinet ziet graag dat multinationals in Nederland blijven. Dat is goed voor de werkgelegenheid, betoogt Rutte III. Dat is ook de reden voor de afschaffing van dividendbelasting, waardoor ons land aantrekkelijk is voor bedrijven als Shell, Philips, Akzo Nobel en Unilever. Die zouden anders weleens hun boeltje kunnen pakken, meent het kabinet.
De afschaffing van de dividendbelasting is een gevolg van de Panama Papers. Naar aanleiding hiervan heeft Nederland verstrekkende maatregelen genomen. Hiermee moet de brievenbuscultuur verder worden teruggedrongen ten opzichte van echte buitenlandse bedrijven en investeerders. Die worden dan op hun beurt gefêteerd met de afschaffing van de dividendbelasting.
Maar de Paradise Papers zetten Nederland en de grote bedrijven onder druk. De deal tussen de fiscus en Proctor & Gamble heeft een balletje doen rollen. Want staatssecretaris Menno Snel van Financiën stelt nu een onderzoek in naar ruim vierduizend belastingafspraken tussen de Belastingdienst en multinationals. Hij noemt het niet volgen van de voorgeschreven procedures rond de afspraak met Proctor & Gamble onacceptabel.
Ook de gewone werknemer ontwijkt de belasting
Met de Panama en Paradise Papers kleeft aan belastingontwijking meer en meer een vieze smaak. Wereldsterren als Bono en Madonna zullen eraan verbonden blijven. Net als de Britse koningin Elizabeth en wereldkampioen Formule 1 Lewis Hamilton. Voor menig fan valt hun idool nu pijnlijk door de mand.
Maar hoe zit het de werknemers van een gewoon bedrijf in Nederland? Waar ligt voor hen de grens bij belastingontwijking? Wie een keuze moet maken om op grond van de afstand woon-werkverkeer te genieten van een onbelaste reiskostenvergoeding of geconfronteerd te worden met een belast salariscomponent van de totale vergoeding die de werkgever betaalt, hoeft niet lang na te denken. Niemand zal twijfelen aan de juistheid van de keuze. Toch is ook dit belastingontwijking. Of mag dit straks dan ook niet meer?